In de symfonie in c schreef Beethoven voor het eerst piccolo, contrafagot en drie bazuinen voor, zij het pas van het begin van de Finale af. Behalve in de Negende Symfonie heeft Beethoven nooit meer zo’n meer omvangrijk instrumentarium aangewend.
Hieruit blijkt ook het belang dat hij bij voorbaat aan zijn Vijfde hechtte en daarmee overeenstemmend was de lange tijd die hij aan het werk besteedde.
Dat juist de Finale met de volle stralende glans van het orkest “aanbreekt”, bevestigt de juistheid van de oorspronkelijke uitleg die men aan de Symfonie heeft gegeven: “Door duisternis tot licht!”
Volgens overlevering moet Beethoven omtrent het begin motief van het eerste deel tegen zijn factotum en vriend Schindler gezegd hebben:
“Zo klopt het noodlot aan de deur”.
Dit gaf de symfonie haar bijnaam. Naar de inhoud knoopt zij bij de “Eroïca”aan; haar vorm is echter beknopter, geconcentreerder. Vooral bij het eerste deel met zijn expositie der thema’s valt dat op. Niet alleen deze twee thema’s maar ook een volgend in het Scherzo, wordt gekenmerkt door het kloppende noodlots-ritme, waarvan zich later overigens ook Tsjaikovsky bediend heeft.
Vooral de vloeiende overgang van het derde naar het vierde deel en zijn opvoering van het tempo slepen de hoorder op dezelfde wijze mee als eens de Napoleontische veteraan, die tijdens de eerste Parijse opvoering bij het begin van de Finale moet uitgeroepen hebben:
“Dat is de keizer (Napoleon Bonaparte)!”
Bron: Lp – Fontana – Beethoven’s meesterwerken DY88431
<—- Luister naar de stoere en mooie Symfonie nr.5
En denk maar goed na wat je hier voelt en denkt.
Veel luisterplezier toegewenst namens mij.
Muziekvoorbeelden A en B:
A
B