Rond 1800 is in Wenen de Franse Revolutie als onderwerp bij kunstenaars zeer populair. Ook Beethoven gebruikt het in zijn werk is Leonore, die vermomd als de man Fidelio haar echtgenoot redt van de dood. Terwijl Napoleon Oostenrijk onder de voet loopt in 1805, gaat Fidelio in Wenen in première. De uitvoeringen worden snel bij gebrek aan belangstelling gestaakt. Enkele dagen later sneuvelen 30.000 Oostenrijkse en Russische soldaten in de slag bij Austerlitz. Nadat de vrede is getekent en het leven in Wenen weer op gang komt, wordt Fidelio in een nieuwe versie vertoond.
Beethoven heeft inmiddels de ouverture herschreven, maar het publiek blijft nog steeds weg. De theaterdirecteur verwijt hem te weinig op de smaak van het grote publiek te letten, waarop Beethoven hem razend toeschreeuwt:
“IK COMPONEER NIET VOOR DE GROTE MASSA. IK SCHRIJF VOOR BESCHAAFDE MENSEN!”, hij pakt zijn partituur en verlaat het theater.
Pas in 1814 komt Fidelio weer op het programma.Voor die gelegenheid schreef de componist opnieuw een ouverture, met weerzin omdat heel zijn opera herzien moest worden: om duidelijk te zijn, korter met een nieuwe en kortere ouverture.
Voor Beethoven was dit een ramp omdat het zijn enige opera was en dat dit zijn liefdeskind was die hij koesterde omdat het herinnerde aan zijn jeugd liefde Eleonore von Breuning in zijn Bonnertijd.
Uiteindelijk is zijn opera nooit groot geworden dan andere opera’s van andere componisten: b.v Mozart, Verdi en Rossini. Maar het lag niet aan de thema en de muziek want die is Beethoveniaans goed.
Bron: Tuttiblad – Beethoven – 1993
Luister naar de Fidelio en de Leonore nr.2 op.72, de 2 ouvertures.
Ouverture Fidelio:
Ouverture Leonore: