<—– Luister naar de Romance Prokofjev
Luitenant Kijé-suite: nr.2 “Romance” van Sergei Prokofjev
Luitenant Kijé, oorspronkelijk de muziek bij de gelijknamige filmsatire uit het jaar 1933, behoort tot de meest geliefde werken van Prokofjev. Een jaar na de film compileerde hij deze orkestsuite. De roept een gevoelige herfst-scène op met de verliefde Kijé – een persiflage op de sentimentele Russische romantische verhalen uit de 19de eeuw. Prokofjevs geniale uitdrukkingsvaardigheid komt in de orkestratie helder naar voren: in de inleiding door de contrabas in zijn hoogste ligging en in de rest van het stuk door de celesta en de uitbundige strijkers. Alle instrumenten voegen zich samen tot een perfect portret van de held van het stuk.
Luitenant Kijé
Luitenant Kijé vertelt het verhaal van een niet bestaande soldaat, die door een inktvlek (“kijé”) op de appèllijst tot leven wordt gewekt. Als tsaar Paul I een onderzoek start, verbannen bange ambtenaren de fictieve Kijé naar Siberië, waar ze hem laten trouwen en in rang laten bevorderen. Uiteindelijk laten ze hem als held sterven.
De verbannen componist
Sergei Prokofjev die van zijn moeder piano- en compositielessen kreeg, schreef al op op zijn negende zijn eerste opera. In 1904 werd hij aangenomen op het conservatorium van St. Petersburg, waar hij met zijn rebelse geest de aandacht op zich vestigde. Hij componeerde zijn eerste grote werk , het Pianoconcert nr.1 en won de prestigieuze Rubinsteinprijs. Tijdens de oktoberrevolutie in 1917 vertrok hij uit Rusland, reisde naar Amerika en vestigde zich uiteindelijk in Parijs. Dit was een uiterst creatieve periode, waarin grote werken ontstonden. In 1936 keerde Prokofjev voorgoed terug naar Rusland, waar hij de vertegenwoordiger werd van een nieuwe Russische nationale stijl. Zijn laatste jaren werden echter overschaduwd door ziekte en meningsverschillen met de staat. Prokofjev stierf op 5 maart 1953 in Moskou aan een hersenbloeding – vanwege Stalins dood op dezelfde dag kwam het niet eens in de krant.
Het juk van Stalin
Nadat Stalin de macht had gegrepen, kwam de Russische muziek onder strenge politieke controle te staan. In 1948 verweet de communistische partij Prokofjev en Sjostakovitsj dat zij “door formalistische decadentie gekenmerkte muziek” schreven, “vervreemd van het volk”. Veel van hun werken werden verboden. Prokofjev, een voorvechter van de “muziek voor het volk”, zette zich vergeefs in voor een compromis. Tot in de jaren zestig werd zijn muziek nauwelijks uitgevoerd in Rusland. Ook voor Sjostakovitsj, die aanvankelijk vereerd werd en zich zelfs “volkscomponist van de USSR” mocht noemen, werdhet moeilijk officiële goedkeuring te krijgen. Hij bleef echter zeer productief als componist.
De jaren in Parijs
Prokofjevs verblijf in Frankrijk, van 1920 tot 1933, was zeer inspirerend. In 1914 had hij in Londen de impresario Diaghilev leren kennen. Hun opnieuw opbloeiende vriendschap leidde in Parijs tot opdrachten voor de Russische balletten. Zo ontstonden Le Pas d’Acier en De verloren zoon. Parijs was een echte uitdaging voor Prokofjev: de mensen leken zich door niets te laten shockeren, en werken die elders op heftige kritiek stuitten werden hier vriendelijk ontvangen. In 1923 en 1924 kreeg Prokofjev vanuit Leningrad het verzoek om terug te keren. In 1927 bracht hij een bezoek aan zijn vaderland, maar pas in 1936 keerde hij voorgoed terug, omdat hij de inspirerende sfeer van Parijs lange tijd niet wilde missen.
Prokofjev en Stravinsky
Ondanks het koele verloop van de eerste ontmoeting, bestond de vermeende rivaliteit tussen Igor Stravinsky en Prokofjev voornamelijk in de verhalen van de pers. In werkelijkheid hadden de twee veel respect voor elkaar, en Stravinsky beschreef Prokofjev in zijn autobiografie als “opmerkelijk musicus”. Er bestaat nauwelijks twijfel over dat Stravinsky vooral door zijn Sacre du Printemps een belangrijke invloed op Prokofjev heeft gehad, hoewel deze dat altijd heeft ontkend.
Voetnoot: Behalve Luitenant Kijé schreef Prokofjev ook andere filmmuziek, waaronder ook voor werken van de Russische regisseur Sergei Eisenstein. Zo ontstond in 1938 de muziek voor Eisensteins “Alexander Newski” en tussen 1942 en 1945 de muziek voor “Iwan de verschrikkelijke”.
Bron: Klein muzikaal handboek – CD – Klassieke momenten